kvo 52e jaargang nr.11 november 1988
J.E.v.d.Brink
CHRISTENDOM & CULTUUR
In een dringende bede doet Paulus in Galaten 4:12 de oproep: 'Wordt zoals ik,want ik werd aan u gelijk'. Wees vrij van de Joodse wetten en maak je ook los van die voorschriften der wereldgeesten, dus van de besturende menselijke geesten, die in strijd zijn met de christelijke leer en levenswandel, en die ook in de gemeente van Christus op natuurlijke wijze ordenend en met gezag willen optreden. Zorg ervoor dat staat en maatschappij door gewoonten en traditie geen invloed uitoefenen op jullie geloofsleven. Stel jezelf alleen onder de leiding van de Heilige Geest zoals ik dit ook doe. Door mijn levenspatroon ben ik immers een van jullie geworden en daarom ben ik onder mijn volksgenoten veracht. Mijn roem, die in mijn besnijdenis en wetsbetrachting lag, gaf ik prijs. Ik, de vroeger zo gevierde Farizeeër, heb al mijn religieuze voorschriften en ceremoniën waaraan ik verknocht was, losgelaten, om jullie, heidense Galaten, met 'het evangelie der heerlijkheid van Christus' bekend te maken. Mijn zuiverheid in leer en levenswandel, mijn oprechtheid, mijn gemeenschap met God, schenken mij de vrijmoedigheid om deze schijnbaar zelfingenomen woorden neer te schrijven: wees zoals ik ben, dan alleen zitten jullie goed, want ik ben een ware navolger van Christus. Daarom ben ik ook aan jullie gelijk geworden.
Uit deze persoonlijke oproep van de apostel aan de Galaten blijkt, dat hij zich niet boven deze heidenen had gesteld. Hierin was hij een voorbeeld voor iedere zendeling en evangelist. Hij verving de primitieve Gallische cultuur niet door de verfijnde Joodse beschaving en cultus, maar hij had zich aan de Galaten gelijk gesteld. Daarom was deze geassimileerde Jood de grondlegger van een multiraciale religie, die zich tot alle mensen richt. Alle creatuur moet met God verzoend en vervolgens bevrijd, genezen en hersteld worden, teneinde in een nieuwe schepping op te gaan. De leer van Jezus Christus over het Koninkrijk der hemelen verheft zijn volgelingen boven alle aardse culturen en vormt een nieuwe mensheid, die haar vaderland in de hemel heeft.
Iedere cultuur heeft haar goede en slechte zeden en gewoonten, maar het christendom doortrekt ze als een zuurdesem. De historische zending heeft de fout gemaakt, dat zij de westerse beschaving met haar gebruiken, kledij en opvoeding veelal normatief maakte, dus verbond met de christelijke leer en levenswandel. De wereldgeesten deden dit dan nog vaak in landen met een eeuwenoude cultuur, zoals bijvoorbeeld de Nederlanders in Indonesië. Toen Paulus evenwel in het Griekse cultuurcentrum Athene het evangelie bracht, citeerde hij met respect en ingenomenheid 'enigen van hún dichters'. Gelukkig zijn de gemeenten en zendingsgenootschappen de laatste tijd steeds meer dit Paulinische voorbeeld gaan volgen en trachten zij zoveel mogelijk de leiding in de zendingskerken aan bekwame bekeerlingen uit de oorspronkelijke bevolking over te dragen.
Paulus was een burger van het rijk Gods met een hemelse cultuur, welke berust op de wet der vrijheid waaronder de nieuwe mens leeft, en die zich aanpast aan het goede en hoogstaande in elke maatschappelijke ontwikkeling. Wij beluisteren deze opstelling als hij schrijft: 'Ik ben de Joden geworden als een Jood om Joden te winnen...hun die zonder wet zijn ben ik geworden als zonder wet'. De werfkracht van de gemeente van Jezus Christus ligt onder meer hierin, dat zij geen tradities vasthoudt en geen verouderde taal nodig heeft om haar geloof te belijden, want deze levenswijze blokkeert de weg voor de moderne mens naar het Koninkrijk der hemelen.
Jezus gaf zijn volgelingen de opdracht het evangelie aan alle creaturen te verkondigen, want het is heilbrengend voor allerlei soort mensen. Daarom bewoog Hij Zich ook in de subcultuur van tollenaars en zondaars, zodat zijn vijanden Hem zelfs identificeerden als een 'vraat en wijnzuiper'. Hij was één met hen geworden om hen te winnen en vrij te maken. Ook Paulus verbrak de werken des duivels, want in Korinthe ging hij om met 'hoereerders, afgodendienaars, overspelers, schandjongens knapenschenders, dieven, geldgierigen, dronkaards, lasteraars en oplichters', die hij in de naam van Jezus bevrijdde. Het is daarom een verblijdend teken als ook in onze tijd christenen naar het voorbeeld van de apostel zich losmaken uit hun eigen religieus establishment en uitgaan naar 'de heggen en steggen' om bij de underground de onreine geesten te verdrijven en hen te begeleiden bij de oversteek naar het hemelse land. Zij zijn niet vervuld met afschuw, maar met innerlijke ontferming, met barmhartigheid en liefde van de Heer. Aan ieder wordt de mogelijkheid geboden om onder koning Jezus als een nieuwe schepping te leven en discriminatie is een onbekend verschijnsel geworden. Het doel is immers: wordt zoals Christus was, want Hij is geworden als een van ons. Kennen wij deze geest van het zoonschap ?.
zie voor andere artikelen kvooverz